
Herkenbaar in dit BNR artikel: als OR van een Amerikaans / Aziatisch / Engels bedrijf heb je het niet makkelijk.
Steeds meer ondernemingsraden van internationale concerns in Nederland mag ik begeleiden. Vaak met’n niet-Nederlandse directeur en vaak met expats in de OR. Behalve Engels als spreektaal (in de organisatie én in de OR) is er onbekendheid met Nederlandse medezeggenschap en de Nederlandse cultuur.
Men is het gewoon niet gewend dat er ook een ondernemingsraad is als toezichthouder bij de grote beslissingen van de organisatie. En dat deze toezichthouder rechten en plichten heeft om te zorgen dat de organisatie gezond is/blijft en ook een toekomst heeft.
Wat in Nederland vanzelfsprekend is in omgang en besluitvorming, is dat in de Angelsaksische landen absoluut niet. Vaak moet ik dan ook niet alleen uitleg moet geven hoe (de) medezeggenschap ‘werkt’ in Nederland, maar ook over de Nederlandse cultuur en waar wij verschillen/overeenkomsten hebben met andere culturen.
Dat vraagt van de OR een gedragsverandering: ook Angelsaksisch gaan handelen, binnen de rechten/plichten van de Nederlandse wet-/regelgeving.
Het kan wél. Maar vraagt anders en heel bewust zijn van je communicatie en de doelen die je wil bereiken als OR.
‘OR stelselmatig buitenspel gezet bij NL-bedrijven in buitenlandse handen’
Dit bericht verscheen eerder op Linkedin:
https://www.linkedin.com/feed/update/urn:li:activity:6760840994465308672/
Reacties