Veel ervaring, succesvol en misschien zelfs een uitstekende opleiding. En toch elke dag het gevoel dat anderen er binnenkort achter komen dat je eigenlijk helemaal niets kunt. Het bedriegerssyndroom: je eigen kwaliteiten niet zien en je prestaties bagatelliseren. Ik herken dat wel.
Mijn coachingsbedrijf bestaat dit jaar alweer 15 jaar. Maar nog steeds heb ik soms het gevoel dat ik mijn werk helemaal niet goed (genoeg) doe. Dat ik het eigenlijk allemaal niet kan. Terwijl de werkelijkheid (veel opdrachten, tevreden klanten) toch een heel ander verhaal vertelt. De laatste jaren leer ik steeds een beetje beter omgaan met deze onzekerheid en kan ik er wat rationeler tegenaan kijken.
Met vele jaren ervaring in het begeleiden van groepen bijna dagelijks denken: Wat ik doe is toch helemaal niet zo bijzonder? Heel veel andere mensen kunnen dat ook. En dat mensen mij er dan ook nog geld voor willen betalen, dat voelt als een soort bedriegen.
Dat dacht ik, maar nu niet meer zo vaak.
‘s Morgens, voordat de deelnemers binnenkomen, nog snel wat extra ideeën googlen voor die dag… of toch maar het programma omgooien? Want stel dat wat ik bedacht heb niet goed valt bij de groep en ik dus door de mand val…
Zo voelde ik mij, maar tegenwoordig steeds wat minder.
Zitten er trainers of mensen met didactische vaardigheden in de zaal? Dan ben ik mij helemaal bewust van alles wat ik doe. Dan denk ik drie keer na voordat ik iets zeg. Want zij zullen vast ontdekken dat ik dit helemaal niet kan.
Super alert bezig zijn, dat deed ik. Nu vertrouw ik meer op mijzelf.
bedriegerssyndroom: wat is het?
Het begrip ‘imposter syndrome’ (bedriegerssyndroom) komt het eerst voor in klinische onderzoeken in 1978. Uit recentere psychologische onderzoeken onder 200 kantoormedewerkers blijkt dat ongeveer 20% intense ‘imposter’-gevoelens heeft, maar dat veel meer mensen hier last van hebben. Jasmine Vergauwe, onderzoeker bij de vakgroep ontwikkelings-, persoonlijkheids- en sociale psychologie aan de universiteit van Gent: “Iedereen heeft wel een plekje op de bedriegersschaal.”
De Amerikaanse hoogleraar farmacotherapie Adam Persky beschrijft het imposter syndrome met de woorden ‘intellectuele zelftwijfel’. En: “Een voortdurende mismatch tussen wat anderen in mij zien en hoe ik mezelf zie.”
“Imposters leggen de lat genadeloos hoog voor zichzelf. Waarom doen ze dat? ‘Zodra ze moeten presteren, worden imposters bang en beginnen ze aan zichzelf te twijfelen,’ zegt Jasmine Vergauwe. ‘Om met die angst om te gaan, kunnen perfectionistische imposters zoals Adam Persky op twee manieren reageren: ze gaan meteen harder werken of ze vertonen eerst uitstelgedrag, alsnog gevolgd door een uitzinnige voorbereiding.’ Die aanpak werkt: deze imposters slagen vaak prima in hun opzet en worden door anderen geprezen. Maar dan gaat het mis, legt de psycholoog uit: ‘Imposters zijn alleen tijdelijk opgelucht als iets goed is gelukt. Daarna bevestigt elk nieuw succes in hun ogen dat ze een bedrieger zijn.’ Hoe kan dat; succes is toch juist voeding voor je zelfvertrouwen? Niet voor imposters. Hun grootste makke: ze eigenen zichzelf hun prestaties niet toe. Al hebben ze duizend diploma’s, hoge cijfers, goede zakendeals en complimenten op hun conto, deze bewijzen van goed functioneren verdwijnen linea recta in een innerlijke Bermudadriehoek. Successen hebben volgens hen namelijk weinig met hun eigen capaciteiten te maken en zijn vooral een kwestie van toeval, geluk en externe omstandigheden.”
het bedriegerssyndroom, dat ben ik
Ja, ik geef het toe. Ik kan nog altijd het gevoel hebben dat anderen mij te hoog inschatten. Ondanks het succes als ondernemer en de complimenten van deelnemers. Ik kan een constante onzekerheid voelen met het gevoel dat ik iedereen voor de gek aan het houden ben met wat ik kan of doe. Ik lijd het meest door het lijden dat ik vrees: dat ik ontdekt zal worden als bedrieger. Ik lijd aan het bedriegerssyndroom. Overduidelijk.
(extra) hard werken: geen oplossing
De eerste 10 jaar als ondernemer heb ik keihard gewerkt. Dat was mijn oplossing. Gewoon alles drie keer nakijken. Extra programma’s schrijven als back-up voor als het programma niet werkt. Uren extra besteden aan het onderzoeken en lezen van mogelijkheden. Perfect en tot in de puntjes alles voorbereiden. En de inhoud van mijn werkzaamheden niet durven bespreken met collega’s, want dan zouden ze ‘het’ ontdekken. Zo bleef ik doorgaan. En besteedde ik (veel) meer uren dan eigenlijk nodig was.
Het heeft jaren geduurd voordat ik van collega’s begreep dat ik mijn voorbereidingen wel heel erg precies en uitgebreid deed. Dat ik perfectionistisch was. En ik kon niet begrijpen waarom anderen dat allemaal niet deden.
na 10 jaar: rationeel herkennen voor mijzelf
Pas na 10 jaar durfde ik te erkennen dat ik eigenlijk ‘best wel’ succesvol was. Dat mensen mij terug vroegen, dat was toch omdat ze het goed vonden? Maar meer nog moest ik het rationeel maken voor mijzelf: het zijn grote bedrijven die mij vragen, mijn agenda zit altijd vol en het aantal groepen dat ik begeleid neemt elk jaar toe. Zo sprak ik mijzelf rationeel toe.
na 15 jaar: uitspreken wat ik doe
De laatste jaren heb ik mijn grootste overwinningen geboekt. Met zoveel jaar aan praktijkervaring durf ik voor het eerst te zeggen dat ik geen diploma heb, behalve een post-HBO studie. En ik durf te bekennen dat ik bij het begeleiden van een groep alleen nog maar voor de eerste twee uur een vaststaand programma heb; verder doe ik het voornamelijk met wat er in die twee uur gebeurt.
het blijft knagen…
En toch… elke dag kan het nog steeds onverwacht toeslaan. Het gevoel dat ik dit allemaal niet kan en maar doe alsof. Nog elke dag moet ik er hard aan werken om mij niet ‘onkundig’ te voelen. Niet te voelen alsof ik een acteur ben in het toneelstuk van mijn leven.
wat ik niet moet doen: hard roepen om mijzelf te overtuigen
Nog veel erger: ik kan heel hard gaan roepen ‘kijk eens hoe goed ik ben’ en daarin eigenlijk onuitstaanbaar gedrag vertonen. Het ergste is dat ik het vaak niet eens in de gaten heb.
Kom je dit gedrag van mij tegen? Bedenk dan alsjeblieft dat ik hiermee vooral mijzelf aan het overtuigen ben. Gewoon omdat ik mij zo ontzettend onzeker voel.
zal het ooit overgaan?
‘k Kan niet anders dan altijd mijn best blijven doen. Niet alleen mijn best doen om zo goed mogelijk werk af te leveren. Maar ook mijn best doen om mijzelf niet te verliezen in uitspraken over ‘hoe goed ik ben’.
Maar of het ooit overgaat? Ik denk het niet. Mijn onzekerheid zit gewoon ‘ingebakken’ in mij. Wel merk ik dat ik er steeds beter mee leer omgaan. En ach, een beetje plankenkoorts is ook niet erg, anders zou het alleen maar routine worden. En op routine kun je geen uitstekende prestaties leveren.
In de serie “2019: terugkijken op 15 jaar ondernemen als coach” zijn de volgende artikelen verschenen:
- “ik ben een bedrijf”
- marketing voor de coach: verkoop ‘mooie gaten’
- “mijn bedrijf: een team zodat ik kan coachen”
- zelfstandig ondernemer: het verschil tussen ‘persoon’, ‘bedrijf’ en ‘product’
- zelfstandig ondernemer: omgaan met ‘persoon’, ‘bedrijf’ en ‘product’
- bedriegerssyndroom: “Wat ik doe is toch niet bijzonder? Dat kan toch iedereen?” – zojuist gelezen
- OR-training of OR-coaching: is er een verschil?
- de Ruimte: mijn eigen trainingslocatie
Reacties